Gedragscode

Eén van de belangrijkste succesfactoren binnen MACD is de steun van de hele organisatie: atleten,
trainers, ouders en bestuur! Om binnen onze club duidelijkheid en eensgezindheid te scheppen over
wat acceptabel is en wat niet, hebben wij een gedragscode samengesteld.
Lees hieronder hoe je preventief, interveniërend en curatief kan handelen naar atleten toe.

 

1. Atleten

Attitude
 Heb respect voor je trainer(s) en je clubgenoten, jong of oud. Hou rekening dat er
verschillende trainingsgroepen tegelijk actief zijn (werpers, jeugd, joggers, …).
 Onsportiviteit van een ander is nooit een reden om zelf onsportief te zijn. Deelnemen is
belangrijker dan winnen.
 Je komt trainen, dus je bent gemotiveerd. Toon dat!
 Ben je nieuw in de groep? Doe de moeite de anderen te leren kennen en geef iedereen
de kans om jou te leren kennen.
Training
 Kom op tijd voor je training. Dat wil zeggen minstens vijf minuten op voorhand ben je
aanwezig zodat de training op tijd kan aanvangen. Indien je toch te laat komt, excuseer
je dan even bij de trainer(s). Kan je niet komen: geef tijdig een seintje aan de trainer!
 Maak met je trainer duidelijke afspraken betreffende aanwezigheden op trainingen en
wedstrijden.
 Hoewel je een individuele sport beoefent, vorm je met je clubgenoten een team, op en
naast het veld. Moedig elkaar aan! Elk succes, hoe groot of klein ook, is de moeite
waard!
Wedstrijd
 Wees blij met een overwinning, laat je niet ontmoedigen door een tegenslag.
 Verlies je, wens je tegenstanders dan proficiat met een glimlach.
 Heb respect voor jezelf, je tegenstanders, je trainer en de juryleden, ook als je wil
winnen.
 Je best doen kan iedereen, winnen kan er maar één. Sluit je wedstrijd af door te
benoemen wat je goed hebt gedaan.
Materiaal
 Neem geen dingen van iemand anders, dat is stelen.
 Laat geen waardevolle spullen (geld, smartphones, …) achter in de kleedkamers of in
ons clublokaal. Laat ze thuis!
 Laat de sporthal, het clublokaal, de kleedkamer, de toiletten en het materiaal steeds
proper en ordelijk achter. Help elkaar met materiaal op te ruimen!
 Wij recycleren! PMD en Afval houden we graag gescheiden!
Gezondheid
 Meld pijn en blessures meteen aan je trainer. Vertel duidelijk wat je voelt. Verzorg de
blessure goed, heb discipline en geduld. Volg de adviezen van je arts of trainer goed op.
 Lichamelijke hygiëne is belangrijk, daarom raden we aan je te douchen na het sporten.
Onze kleedkamers en douches bevinden zich in de sporthal, deze staan ook voor jullie
ter beschikking!
 Eet gezond en drink voldoende, zowel voor, na als tijdens het sporten. Breng steeds een
flesje water of sportdrank mee naar de training,
 Houd er rekening mee dat bepaalde medicijnen als doping worden gezien. Vraag dus
steeds voldoende informatie aan je arts of apotheek. Alcohol, tabak en drugs gaan niet
samen met sport.
Gedragscode
Pesten is verboden! Pesten en plagen zijn twee verschillende dingen. Maak het onderscheid.
Heb je het gevoel gepest te worden? Je hebt een keuze: speel je slachtoffer of doe je er iets
mee? Pesten is actie en reactie: niet reageren of met humor reageren kan werken! Houdt het
pesten aan? Neem iemand in vertrouwen en bespreek het.
Diversiteit is een belangrijk aspect binnen onze club. Ons doel is kinderen de mogelijkheid te
bieden om te kunnen sporten, ongeacht de financiële toestand, geslacht, religie, leeftijd,
seksuele geaardheid, afkomst, …

 

2. Trainers


Attitude
 Wees redelijk in eisen tegenover jezelf en de atleet met betrekking tot de tijd, de
energie en het enthousiasme van atleten.
 Leer je atleten dat de regels voor iedereen gelden. Spreek atleten die zich niet aan de
afspraken houden aan, maar houd ook rekening met andere factoren.
 Schreeuw niet en maak de atleten nooit belachelijk als zij fouten maken of een wedstrijd
verliezen.
 Atleten hebben een trainer nodig die zij respecteren. Wees gul met lof wanneer het
verdiend is.
 Iedereen heeft mogelijkheden en kwaliteiten, je moet ze willen zien. Je kunt de atleet
bewust maken van zijn kwaliteiten.
 Vertrouwen geven geeft vertrouwen en is een hulpmiddel voor een positief
sportresultaat.
 Behandel je atleten zoals je zelf zou willen worden behandeld.
Training
 Als trainer ben je verantwoordelijk voor het aanleren van de sport en voor het gedrag
van de jongeren tijdens de training. Besteed aan beide aspecten voldoende aandacht en
neem je verantwoordelijkheid hierin op. Je kan er de aandacht op vestigen wat voor jou
de belangrijkste regels zijn door deze op voorhand kenbaar te maken.
 Op basis van de clubvisie begeleid je ook atleten die niet aan competitie willen doen
tijdens jouw trainingen.
 Zorg bij jongeren voor een goede mix tussen sporttechnische oefeningen en
spelvormen.
 Ook voor en na de trainingen heb je een verantwoordelijkheid. De vlotte samenwerking
en communicatie met ouders, andere trainers, bestuurders, … maakt hier deel van uit.
Als iedereen doet wat van hem verwacht wordt (en zelfs een beetje meer), dan leidt dit
tot een optimale samenwerking.
 Werk aan je eigen competentieniveau: school je regelmatig bij.
 Laat je niet ontgoochelen door een slecht resultaat van een atleet. De prestatie van je
atleten is slechts een momentopname, jouw kwaliteit als trainer is een constante!
Communicatie
 Atleten zijn heel vatbaar voor jouw advies, geef dus feedback.
 Communiceer positief, ook non-verbaal.
 Wees concreet en duidelijk in je communicatie.
 Let op je manieren van communiceren: doe dit concreet en duidelijk.
 Maak een onderscheid tussen feiten en interpretatie.
Gedragscode
Houd rekening met de leefwereld van je atleten. Zijn er examens, erken dan de bezorgdheid van
ouders en atleten en spreek af wat je van hen verwacht tijdens examenperiodes. Houd er ook
rekening mee dat er tijdens examens meer vermoeidheid en stress is.
Materiaal
 Zorg ervoor dat het materiaal voldoet aan de veiligheidseisen en geschikt is voor de
leeftijd en de vaardigheid van de atleten.
 Leer atleten aan met zorg om te gaan met materiaal en accommodatie.
 Geef aan dat niemand iets van een ander pakt. Dat is stelen.
 Laat de sporthal, de kleedkamer en het materiaal steeds proper en ordelijk achter.
Deontologische code
Wees niet té familiair met jongeren waarmee je werkt. Houd een gezonde afstand. Een
aanraking kan, maar wees je bewust dat een opgroeiende jongere hier anders mee kan omgaan
dan het bedoeld is. Laat de atleet geen dingen doen waar hij/zij zich niet goed bij voelt.
Privacy en geheimhouding
Privacy en geheimhouding: de trainer verbindt zich ertoe om, wanneer hij bij de uitvoering van
zijn taken toegang krijgt tot persoonsgegevens (waaronder eventueel ook medische gegevens),
hij deze enkel zal gebruiken om de hem toevertrouwde taken in de vereniging ten uitvoer te
brengen en zal het vertrouwelijk karakter van deze gegevens respecteren. Hij zal de gegevens
nooit kopiëren, aanpassen, doorgeven of verwijderen, tenzij dit nodig is voor de uitvoering van
deze taken. Indien het bestuurslid kennis krijgt van vertrouwelijke en geheime informatie, mag
deze niet bekend worden gemaakt tenzij dit noodzakelijk is voor de uitvoering van de opdracht,
de wet je hiertoe zou dwingen of indien je een getuigenis zou moeten afleggen.

 

3. Ouders

Attitude
 Als een kind niet wil deelnemen aan sport, is daar een reden voor. Forceren helpt niet.
 Kinderen sporten voor hun plezier, niet voor dat van jou. Jouw kampioen is in de eerste
plaats jouw kind, pas daarna atleet. Prijs elk succes(je) van je kind.
 Moedig je kind aan de regels te volgen.
 Ondersteun alle pogingen om positief gedrag te stimuleren en negatief gedrag te
voorkomen.
 Elk kind is welkom bij MACD!
 Ouders kunnen hun eigen kinderen stimuleren om te sporten. Als ouder mag je echter
geen handelingen stellen die een afbreuk zijn voor andere jongeren.
 Een gesprek werkt, een verwijt niet. Praat met je kind, met de trainer of met andere
ouders!
Gedragscode
Aan één trainer heeft je kind ruimschoots voldoende. Jouw taak als ouder is belangrijker: ouders
oordelen niet, ze ondersteunen. Moedig positief aan, beloon elk succes van je kind en volg het
advies van de trainers. Jouw kampioen weet trouwens vaak zelf heel goed wat hij/zij moet doen.
Training
 Jouw kind moet op tijd op training zijn, help daar ook aan mee. Probeer je kind 5
minuten op voorhand af te zetten. Kan je kind niet komen, geef dan tijdig een seintje
aan de trainer.
 Accepteer en respecteer de beslissingen van de trainer. Ga je niet akkoord: spreek hem
of haar er dan onder vier ogen over aan en kies hiervoor een geschikt moment.
 Erken de waarde en het belang van (vrijwillige) trainers. Zij geven hun tijd en kennis om
het sporten van jouw kind mogelijk te maken.
 De trainer is geen helderziende: durf op een gepaste manier te zeggen wat je denkt en
voelt. Vertel de trainer bijvoorbeeld wanneer iets werkt voor jou of jouw kind, hij zal er
positief op reageren. Maak ook (beleefd) duidelijk wanneer de trainer iets zegt of doet
waarbij je je onprettig voelt.
Wedstrijd
 Kinderen willen niet altijd winnen, ze willen vooral plezier maken. Toon als ouder ook
een glimlach als het even niet zo goed gaat. Verander een nederlaag in een overwinning
door op andere zaken te wijzen.
 Leer je kind om respect op te brengen voor de prestatie van de tegenstrever.
 Leer je kind dat eerlijkheid en inzet belangrijker zijn dan winnen. Prijs daarom elk succes
van je kind!
 Moedig je kind steeds positief aan! Aanmoedigen moet, coachen is het werk van de
trainers. Volg hun richtlijnen!
 Laat je kind ook supporteren voor clubgenootjes... blijf kijken naar de wedstrijd van
anderen, moedig ze mee aan en wens hen proficiat met hun prestaties.
 Respecteer de beslissing van juryleden.
 Val een jurylid nooit in het openbaar aan en trek de integriteit van de juryleden niet in
twijfel.
 Check wat je kind leuk vindt aan je reacties na de wedstrijd.
Gezondheid
 Zorg dat je kind voldoende rust en een goede voeding krijgt, dat zijn de
basisvoorwaarden om te groeien, zowel fysiek, psychisch als in prestaties. Probeer zelf
een voorbeeld te zijn.
 Geef steeds een flesje sportdrank of water mee naar de training.
 Laat je kind ontwikkelen volgens de sportieve fasen die eigen zijn aan de leeftijd. Praat
hier eventueel over met de trainer, hij is de expert.
 Ziek? Laat je kind thuis!
 Meld blessures of aandoeningen steeds aan de trainer! Zo kan deze rekening hier mee
houden en bepaalde oefeningen en trainingen aan je kind aanpassen!

 

4. Bestuursleden


Training
Zorg ervoor dat er gelijke mogelijkheden bestaan voor deelname in de sport voor alle jongeren
ongeacht hun vaardigheid, geslacht, leeftijd of handicap.
Beleid
 Als bestuurslid ben je bereid alle leden te betrekken bij het beleid van MACD, bv. door
middel van een oudercomité, jeugdcommissie, …
 Als bestuurslid ben je aanwezig op ten minste 80% van de vergaderingen. Ben je
verhinderd? Meld je tijdig af!
 Privacy en geheimhouding: het bestuurslid verbindt zich ertoe om, wanneer hij bij de
uitvoering van zijn taken toegang krijgt tot persoonsgegevens (waaronder eventueel ook
medische gegevens), hij deze enkel zal gebruiken om de hem toevertrouwde taken in de
vereniging ten uitvoer te brengen en zal het vertrouwelijk karakter van deze gegevens
respecteren. Hij zal de gegevens nooit kopiëren, aanpassen, doorgeven of verwijderen,
tenzij dit nodig is voor de uitvoering van deze taken. Indien het bestuurslid kennis krijgt van
vertrouwelijke en geheime informatie, mag deze niet bekend worden gemaakt tenzij dit
noodzakelijk is voor de uitvoering van de opdracht, de wet je hiertoe zou dwingen of indien
je een getuigenis zou moeten afleggen. Overtreding van deze verplichting kan worden
gesanctioneerd ontslag uit het bestuur.
 Pas de visie van de club aan aan de atleten. De atleten komen op de eerste plaats.
 Zorg ervoor dat beloningen niet primeren, wees wel gul met lof voor inzet en prestatie.
 Distribueer de VAL-gedragscode met betrekking tot sportiviteit onder de toeschouwers,
trainers, atleten, juryleden, ouders en sponsors.
 Zorg voor gekwalificeerde en ervaren trainers, die in staat zijn sportiviteit en goede
technische vaardigheden aan te leren.
 Als bestuurslid ben je verantwoordelijk om ook sporters die niet aan competitie doen op te
vangen in de sportclub.
 Duid een vertrouwenspersoon aan in de club waarbij atleten, trainers, ouders, juryleden en
bestuurders terecht kunnen met interne problemen.
 Engageer je je voor het bestuur, weet dan dat je een engagement van ten minste twee jaar
aangaat. Dit om een constante binnen het bestuur te garanderen: we zijn allemaal wieltjes
in een groter geheel.
 Als bestuursleden kan je ook trainingen en bijscholingen volgen, deze worden vergoed door
de club. Daarmee engageer je je voor de club. Indien je de club binnen twee jaar na het
volgen van de gevolgde opleiding verlaat, dien je dit bedrag terug te vergoeden.